Gastenboek | Downloads | Links | Contact
Aanmelden
Afdrukken Afdrukken

De geschiedenis van cocaïne

Bij opgravingen in Peru heeft men ontdekt dat 3000 jaar geleden al op cocabladeren gekauwd werd. De bladeren zijn afkomstig van de coca-heester die groeit in het Andes-gebergte. De bewoners van de Andes ontdekten dat pakdieren weer kracht kregen wanneer zij bij trektochten door de bergen van de heesters aten. Zij gingen de bladeren ook eten. De Inca’s beschouwden de heester als een door de goden gegeven plant die diende om honger en dorst te verzachten. Het gebruik was slechts toegestaan aan de heersende klasse. Soldaten, boodschappers en arbeiders die zwaar werk moesten verrichten mochten het ook gebruiken. Gebruik zonder reden werd als heiligschennis beschouwd. De Inca’s kenden plantages waarop de coca-heester gekweekt werd. Met het verval van het Incarijk werden ook de regels rondom het gebruik minder strikt.

De Spanjaarden die Zuid Amerika veroverden dachten verschillend over het gebruik van coca bladeren. Aan de ene kant zagen ze er een belemmering in om de indianen tot het katholieke geloof te bekeren. Ook zou het leiden tot apathie en armoede. Aan de andere kant merkten ze dat indianen het nodig hadden om op grote hoogte met weinig voeding zwaar werk te verrichtten. Uiteindelijk werd coca-gebruik door Spanje toegestaan. Het was nodig voor het welzijn van de indianen, zo werd gezegd.

Hoewel de Spanjaarden het gebruik kenden, kreeg het middel geen vaste voet aan de grond in Europa. Dat kwam omdat bij het verschepen van de cocabladeren, de bladeren hun werking verloren. In de 19e eeuw lukte het om de diverse bestanddelen van het cocablad te isoleren.

Freud raakte geïnteresseerd in de stof. Hij probeerde cocaïne op zichzelf uit en was onder de indruk van de effecten. Hij zag verschillende medische toepassingen: o.a. als stimulerend middel, liefdesmiddel, als middel voor plaatselijke verdovingen en als middel tegen alcohol- en morfineverslaving. Drie jaar na zijn publicaties over cocaïne werd echter duidelijk dat cocaïne verslavend was en mensen erdoor in de problemen konden raken.

In Europa nam de belangstelling af. In de Verenigde Staten bleef die echter onverminderd groot. Er was eind 19e eeuw een overvloed aan producten zoals zalfjes, poeders, tabletten, drankjes, wijnen en sigaretten die cocaïne bevatten. Allerlei ziekten zouden ermee genezen kunnen worden. In artikelen werd het afgeschilderd als een wondermedicijn. Die medicijnen waren vrij te koop. Je had er geen recept voor nodig. In Europa had je nog de vin Mariani. Dit was een wijn die cocaïne bevatte. Paus Leo de XIII gaf Angelo Mariani nog een gouden medaille en noemde de vin Mariani een zegen voor de mensheid. Ook in Coca Cola heeft lange tijd een cocaïne bevattend extract van cocabladeren gezeten. Later werd de cocaïne er uit gezuiverd.

Geleidelijk aan kwam ook in de VS de omslag. Men zag nadelige gevolgen en er kwam een beweging op gang die een eind wilde maken aan het zonder doktersvoorschrift kunnen kopen van allerlei medicijnen. Voorts verschenen er in de kranten berichten dat cocaïne, gek geworden negers zou aanzetten tot misdaden. De publieke opinie sloeg om en staat na staat kondigde wetten af om het cocaïnegebruik te beperken. In 1914 werd de Harrisson wet (de Amerikaanse opiumwet) ingevoerd.
Het niet-medisch gebruik van cocaïne werd verboden. In 1928 wordt in Nederland de opiumwet aangenomen. Ook deze wet verbiedt het niet-medisch gebruik van cocaïne.

Begin jaren '70 begint men in de Verenigde Staten met het roken van crack. Crack is een rookbare vorm van cocaïne. De risico’s van crack zijn vele malen groter dan gewone cocaïne. Het roken van crack groeide in de Verenigde Staten uit tot een enorme epidemie.

Eind jaren '70, begin jaren '80 wordt cocaïne in Nederland populair als uitgaansdrug. Eind tachtiger jaren verdringt XTC de cocaïne. De laatste tijd is de beweging weer andersom en verdringt de cocaïne de XTC weer. Ook in Nederland wordt sinds de jaren '80 op kleine schaal basecoke of crack gebruikt. Het gebruik van basecoke beperkt zich voornamelijk tot de scène die ook heroïne gebruikt: de junks.

Bron: cocaïnevraagbaak deel 2